Bewoners Wipstrik overwegen referendum over azc

De bewoners van de Wipstrik overwegen een referendum aan te vragen over de komst van het asielzoekerscentrum. Dat stellen zij in een brief aan het college van B&W.

In de brief – in handen van ZwolleNu – uiten de bewoners in de Wipstrik grote zorgen over de komst van één groot asielzoekerscentrum én hekelt ze de manier waarop de omwonenden nauwelijks zijn betrokken bij de plannen van het stadsbestuur. De inhoud staat – net als de brandbrief uit Berkum – haaks op een bericht van de PvdA dat de bewoners van de Wipstrik juist positief zijn over één groot asielzoekerscentrum in de buurt, vlak naast de Isala. Hieronder de inhoud van de complete brief.

Algemeen
Wij vinden het positief dat de gemeente Zwolle mensen in tijden van nood hulp wil bieden en staan daar ook achter. Net als vele van de buurtbewoners (inventarisatie) zijn wij niet tegen de komst van een AZC, maar wel tegen de omvang van de locatie. In deze brief zetten wij kort uiteen wat onze motivatie is met betrekking tot bespreekbaarheid en beheersbaarheid. Deze twee B’s, die draagkracht vragen van de belangrijkste stakeholder – namelijk de buurt, die pas als laatste (en voor ons gevoel te laat) in de besluitvorming wordt betrokken.

Arcadis rapport
Met grote verbazing hebben wij het Arcadis rapport gelezen, door Arcadis zelf ook wel een quickscan genoemd gebaseerd op globale aannames. Het rapport is geschreven op basis van desk research gebaseerd op informatie van het COA, de gemeente en betrokken eigenaren. De belangrijkste stakeholder in dit geheel ontbreekt, namelijk de buurt. De buurt wordt pas betrokken nadat de belangrijkste besluitvorming heeft plaatsgevonden. Daarbij is een belangrijke vraag hoeveel van de betrokkenen van de gemeente bij de keus voor het AZC in onze wijk daadwerkelijk bekend zijn met en / of wonen in onze wijk. Het verbaast ons echt dat er geen fieldresearch is gedaan en dus echt in de wijk is gekeken. Ook verbaast het ons dat belangrijke besluiten als deze op basis van een quickscan genomen worden.

We voelen ons niet gehoord
Tijdens de informatiesessies werd de komst van het AZC gepresenteerd als een definitief plan. Toen er vragen gesteld werden, werd er uitgelegd hoe een COA werkt (alsof het AZC er al is). Er wordt niet geluisterd naar wat er leeft onder de bevolking / in de buurt. Als er problemen ontstaan, gaan het COA, de gemeente en de veiligheidsdiensten gezamenlijk naar een oplossing zoeken. Dat is niet wat we willen, we willen als buurt namelijk geen problemen. We willen vooraf een goed en acceptabel plan dat draagvlak heeft onder de buurtbewoners. U bent als college toch volksvertegenwoordigers van Zwolle en toch niet van het COA? Het gaat er niet om wat het COA wil, maar wat mogelijk is voor het COA met draagvlak van de bevolking. Draagvlak onder de bevolking lijkt op dit moment van ondergeschikt belang.

De buurt – infrastructuur – kan het niet aan
Een ieder die met regelmaat in onze wijk komt, weet dat de Wipstrik een wijk is met o.a. meerdere kinderdagverblijven, basisscholen, middelbare scholen, kantoren, zorginstellingen (Isala met o.a. ambulances) en het stadion. De Wipstrik heeft een beperkte infrastructuur met vooral aan het begin en eind van de dag veel verkeersdrukte, waaronder ook veel forensen. Dit aantal zal nog eens fors toenemen na de fusie van de waterschappen alsook de werknemers voor het AZC. Het waterschap zal in het nieuwe pand nog meer mensen aan het werk hebben. De verkeersdrukte betreft o.a. Herenweg, Herfterweg, Brederostraat en de Ceintuurbaan. Deze laatstgenoemde is in de spits nu al veel te druk en zorgt voor onveilige situaties op de Ceintuurbaan, maar ook in de wijk die wordt gebruikt voor sluipverkeer. Deze wijk kan niet zomaar met een 1/3 (800 t.o.v. 3.000 mensen) van de bevolking uitgebreid worden, zonder infrastructurele aanpassingen. Deze mensen zullen namelijk ook naar de stad en terug lopen, waaronder langs de basisscholen (Emma school, Geert Grote school en de Oosterenk). De buurt kan het niet aan!

Kinderrijke buurt
De Wipstrik Noord is een kinderrijke buurt, 21 % is kinderen en 31% is onder de 30. Kinderen spelen buiten, fietsen over de stoep, spelen op de speelveldjes (o.a. tegenover de Spar), lopen naar scholen en naar vriendjes en vriendinnetjes. Het is van groot belang dat dit op een veilige manier kan, ook in de toekomst. Het is maar de vraag hoe deze toekomst er voor onze buurt uit gaat zien, dat is nu niet te overzien.

Quickscan met grote consequenties
Wat ons teleurstelt is dat op basis van een quickscan, uitgevoerd in opdracht van het COA, en niet in een gezamenlijke opdracht met de overige stakeholders, een besluit genomen wordt dat grote impact op de leefomgeving in de Wipstrik zal hebben. Er komen 800 extra buurtbewoners met verschillende nationaliteiten en religies voor een minimale periode van 15 jaar. Dat is nogal een periode! Verder verblijven de mensen in het AZC voor een periode van 3 maanden tot maximaal 3 jaren, dat is nogal een wisseling! Laten we ervan uitgaan dat mensen gemiddeld een jaar in het AZC verblijven, dat is in totaal 12.000 mensen. Dit biedt geen mogelijkheden tot integratie. Verder is het niet alleen een AZC voor statushouders, maar ook voor mensen die in een procedure zitten en dus mogelijk uitgeprocedeerd worden. Tijdens de informatiebijeenkomst van 20 januari werd gesteld dat er alleen statushouders zouden komen, op dit vlak zijn de buurtbewoners dus verkeerd geïnformeerd. Bovendien bleek tijdens de bijeenkomst voor de Wipstrik op 18 februari jl. dat niet alleen mensen met een status, maar ook mensen in de procedure én uitgeprocedeerde asielzoekers in het AZC zullen verblijven. Dat hebben aanwezige medewerkers van het COA zelf toegelicht. Dit betekent dat op dit punt niet alleen de buurt, maar ook de raad verkeerd is ingelicht. Dat is een extra risico en vraagt grondig onderzoek met betrokkenheid van de buurt, niet een quickscan in opdracht van het COA. Volgens het COA (uitspraak op info avond 18 februari): ‘Je weet hoe het gaat, veelal verdwijnen deze mensen (uitgeprocedeerde asielzoekers) in de illegaliteit.’ Is dat wat we willen? Het COA heeft maar één belang, dat is het vestigen van een AZC.

Locatie
Uit het Arcadis rapport blijkt het volgende: De oppervlakte van de locatie waterschap is te beperkt, er moet uitgeweken worden naar alternatieve locaties in de buurt, o.a. sportvelden (pagina 34 Arcadis rapport); Er is onvoldoende ruimte om alle voorzieningen op het eigen terrein te realiseren (pagina 38 Arcadis rapport); Het terrein is te klein voor de huisvesting van 800 personen, er is maximaal ruimte voor 600 personen (pagina 34 Arcadis rapport); Volgens een informatienota voor de raad d.d. 11 januari 2016 pagina 3, moet een locatie tenminste 600 – 800 mensen kunnen huisvesten. Hier lijkt de locatie niet aan te voldoen. De hoge huurprijs leidt tot een negatief saldo, het is geen haalbare business case (pagina 37 Arcadis rapport) Een AZC is milieugevoelig en milieubelastend, dit lijkt niet aan te sluiten bij het aangrenzende natuurgebied en de aansluitende groene zone en de herinneringslaan (pagina 19 Arcadis rapport) O.a. door Bernt Schneiders, voorzitter van het genootschap van burgemeesters, staatssecretaris Dijkhof, het hoofd van de politie en burgemeesters uit andere gemeenten wordt uit ervaring duidelijk naar voren gebracht dat kleinschalige opvang beter is. Waarom luisteren we als Zwolle dan niet naar deze ervaren mensen? Er is een kinderdagverblijf op deze locatie, hoe is dat te combineren met deze grootschalige opvang? Er wordt een beperkte weerstand uit de buurt verwacht vanwege de gemengde omgeving. Dus drukken we het maar door? (pagina 37 Arcadis rapport) Op basis van het rapport van Arcadis, uitgevoerd in opdracht van het COA, blijkt de locatie ongeschikt voor de opvang van 800 mensen en wordt reeds rekening gehouden met maar 600 plekken. Daarnaast is inmiddels duidelijk dat 4 van de 7 gebouwen niet gebruikt zullen worden aangezien hier een bufferzone zal worden gecreëerd. Hierover blijken afspraken te zijn gemaakt met het RonaldMcDonald huis. De uitgangspunten van het rapport zijn hiermee dus significant verandert, de oppervlakte is daarmee nog kleiner geworden en maakt dat deze locatie nog minder geschikt is dan reeds werd verondersteld in het rapport. Wat zijn de alternatieven voor kleinere opvanglocaties? Laten we dat eens onderzoeken.

Huurperiode
In alle communicatie met de bevolking wordt gesproken over een maximale periode van 15 jaar. In een informatienota voor de raad, d.d. 11 januari 2016 pagina 4, staat echter dat het COA de huurperiode kan verlengen door een nieuwe huurovereenkomst met de grondeigenaar overeen te komen en een nieuwe bestuursovereenkomst met de gemeente. De huurperiode is op voorhand dus niet maximaal 15 jaar, maar minimaal 15 jaar. Daarmee lijkt de bevolking verkeerd ingelicht.

Asielzoekers en omvang
Als we mensen opvang bieden moet het ook menswaardig zijn. Te veel mensen met verschillende culturele achtergronden en geloven op een te kleine locatie is vragen om problemen op de locatie zelf, alsook in de buurt. Een te grote omvang kan door de buurt niet geabsorbeerd worden, dit biedt geen mogelijkheden tot integratie, maar tot weerstand. Bij een kleinere omvang ontstaan deze mogelijkheden wel. Alhoewel integratie bij een korte verblijfsduur (3 maanden tot 3 jaar) natuurlijk zeer lastig blijft. We moeten ons beseffen dat het mensen zijn vanuit een andere cultuur, met andere normen en waarden. Dat gaan wij niet in een dag veranderen, ook het COA niet met eventuele cursussen of informatie sessies. Kleiner is daarmee beter beheersbaar. Kleinschaligheid zal ten goede komen aan alle stakeholders. Rust in het AZC zal ook rust in de wijk betekenen.

Veiligheid
Veiligheid is het belangrijkste aspect. Uit het informatierapport politieregistraties op opvanglocaties van het COA blijkt dat op grotere locaties meer incidenten zijn. Hoe gaan we de veiligheid beheersen? Hoe gaan we zorgen dat onze kinderen (jong en oud) veilig buiten kunnen spelen en over straat kunnen? Hoe houden we onze buurt leefbaar? Hoe voorkomen we calamiteiten? Wat is het plan van de gemeente? We kunnen het niet op ons af laten komen en alleen reactief handelen, er moet een proactief plan komen. Geacht college van B&W en raadsleden er moet vooraf een helder en transparant plan komen. De buurt maakt zich nu grote zorgen. Ook voor veiligheid lijkt een kleinere locatie beter te handhaven.

Gesprek Nelleke Vedelaar, Sake Eskens en Irene Pruim
Donderdag 24 maart j.l. hebben een aantal buurtbewoners een gesprek gehad met bovengenoemde personen. Dat was een prettig en constructief gesprek waarin wij voor het eerst echt het gevoel hadden gehoord te worden. Omdat Zwolle de regie heeft en niet het COA hebben wij als buurtbewoners tijdens dit gesprek de volgende doelstellingen gerealiseerd: Kleinschalige schaalbare opvang voor maximaal 400 personen (en ook dat is veel) per locatie verdeeld over de stad (op deze wijze zou de stad bijvoorbeeld op 3 locaties 1200 asielzoekers kunnen opvangen). De locatie moet kwaliteit van wonen / leven bieden voor de bewoners. De buurt wordt betrokken bij realisatie. Beheersing van veiligheid is een vereiste, er moet op voorhand een plan zijn waaruit blijkt dat alles wat nodig is beschikbaar is. Denk aan budgetten, benodigde mensen, etc. Behoud van leefbaarheid in de buurt, ook voor kinderen! Behoud van groenvoorziening / Herinneringslaan (welke immers door de Burgemeester aan de bevolking is geschonken!). Tijdige evaluatieperiode (tijdens informatie sessie van 20 januari j.l. heeft de burgemeester toegezegd dit te zullen onderzoeken).

Artikel Stentor 26 maart j.l.
In het artikel van afgelopen zaterdag wordt door de burgemeester genoemd dat het college zich verantwoordelijk voelt voor de opvang van vluchtelingen en dat het college aan het verzoek van het COA wil vasthouden. Maar naast het verzoek van het COA heeft het college ook een verantwoordelijkheid voor de gehele stad. Met de keus van de huidige locatie lijkt die verantwoordelijkheid slechts bij een heel klein deel van de bevolking van de stad neergelegd te worden – 3.000 inwoners. We zouden deze verantwoordelijk over de stad van 120.000 inwoners moeten verdelen en niet bij slechts 2,5% van de bevolking moeten neerleggen. Wij hopen dat het college het verzoek van haar burgers, waar zij verantwoordelijk voor is, wil inwilligen. Samen met alle burgers van de stad kan dan het verzoek van het COA ingevuld worden.

Referendum
Als buurt zullen wij het besluit volgende week (5 april) afwachten. Afhankelijk van de uitkomst overwegen wij een referendum aan te vragen.

Afsluitend
Burgemeester, u heeft aangegeven draagvlak belangrijker te vinden dan een paar maanden te winnen (informatie artikel Swollenaar). Laten we met elkaar, onder volledige transparantie, een plan uitwerken dat draagvlak heeft. Het gaat er niet om wat het COA wil, maar wat mogelijk is voor het COA met draagvlak van de bevolking van de gehele stad.
Nogmaals wij nodigen u allen graag uit om, op verschillende momenten, eens bij ons in de buurt te komen kijken om een goede indruk te krijgen wat er allemaal gebeurt en hoe druk het is. Maar vooral ook om te zien hoe leuk de buurt is. En dat willen we graag zo houden!

Back to top button