Steeds meer armoede in Zwolle
Er zijn steeds meer inwoners in Zwolle die opgroeien in armoede. Liefst 12,2 procent van alle huishoudens hebben maandelijks een totaal netto inkomen dat lager is dan 110% van het sociaal minimum. Ook het aantal kinderen dat in armoede opgroeit is flink gestegen in de stad, van 7,8 procent in 2008 naar bijna 10 procent nu. Dat blijkt uit cijfers van de Armoedemonitor 2016.
Al vanaf 2008, het begin van de economische crisis, laat het aantal minimahuishoudens in Zwolle een stijgende lijn zien. Momenteel zijn er ca. 6.500 minimahuishoudens in Zwolle. Dat is 12,2% van alle Zwolse huishoudens. In 2012 waren dit er 5.600, oftewel 10,9% van het totaal. Bijna 80% van de minimahuishoudens is eenpersoonshuishouden of eenoudergezin. In vergelijking met Nederland behoren iets meer eenoudergezinnen en iets minder eenpersoonshuishoudens tot de minima.
Kinderen
Tussen 2008 en 2016 is óók het aantal kinderen in minimahuishoudens in Zwolle toegenomen. Er wonen in Zwolle momenteel ca. 2.500 kinderen in minimahuishoudens. Dat is bijna 10% van alle Zwolse kinderen. In 2008 was dit nog 7,8%.
In april bleek een meerderheid van de gemeenteraad – waaronder PvdA en D66 – nog tegen een aantal moties van SP, GroenLinks en Swollwacht om kansarme Zwollenaren te helpen door meer budget beschikbaar te stellen voor het armoedebeleid.